Onze dierbare bierproevers-club bestond in 2007 10 jaar en dit ging natuurlijk samengaan met verschillende speciale feestevenementen. Eén van deze feestelijkheden is het laten brouwen van een eigen origineel bier bij een vakkundige kleine amateur-brouwer. Dit bier werd door ons bestuur genoemd naar Fretalop.
Maar waar komt die naam nu echt vandaan?
Ontdekking van de draak Fretalop van Temse (Frank De Cuyper)
Naast een puur economisch aspect is de Schelde ook sinds de oprichting in 1857 van Stoomvaartmaatschappij Schelde en Rupel (de zgn. Wilfordboten) een belangrijk toeristisch element geweest. Ter extra ondersteuning van dit Schelde-toerisme werden voor 1914 gedurende enkele jaren regatta’s gehouden, sporadisch nog eens herhaald rond 1928- 1935. Deze Waterfeesten waren er ook tussen 1946 en 1949.
In 1956 startte men vol enthousiasme aan groots opgezette Scheldefeeërieën, een werveling van boten, muziek, verhaal, licht en vuurwerk. Ademloos bewonderden wij als jongeling dit spektakel vanop het balkonterras, eerste verdieping van café Breughel van J. Boeykens op de grote Kaai. Helaas waren de weergoden niet altijd zeer gunstig en na een weer uitgeregend evenement stopte men er mee in 1960 om het te vervangen door een palingfestival in een tent op de markt dat evenwel in 1962, na amper twee jaren, ook ter ziele ging. Op deze vermelde Schelderfeeërie dreef ook een spookachtig verlichte vuurspuwende draak, Fretalop genaamd, die Temse terroriseerde en uiteindelijk verslagen werd door een koene ridder.
Lang heb ik niet geweten waar deze draak Fretalop vandaan kwam daar ik in heel de literatuur, sagen of legenden over Temse geen spoor van een draak had gevonden, tot ik in de jaren 80 in een antiquariaat toevallig een boekje van 28 blz. kon kopen met de titel “De ware geschiedenis van den draak Fretalop van Temsche” verteld en geïllustreerd door Maurice Pauwaert, juni 1947. Gesigneerd door de auteur.
Het verhaalt hoe in 1346 in het lieflijke Temsche de torenklokkenluider Vinck op de Schelde de schuit van Lange Jan zag komen aanvaren toen plots uit het water een draak opdook en het bootje met passagiers met zijn muil vermorzelde. Alarm werd geslagen maar noch Baljuw Bole, noch pastoor Crispijn kon verhinderen dat de draak aan land kwam, en niet alleen geiten of katten met zijn zwarte tong inslikte, maar ook verscheidene onvoorzichtige inwoners: “Hij freet ’t al op!”. Na nog een reeks huizen verwoest te hebben ging hij uitrusten in de Schelde, loerend naar Temse. Vanuit Temse werd hij bestookt door pijlen en katapulten: niets deerde Fretalop, integendeel, de hem toegezonden vuurbollen slikte hij in en vuurspuwend uit zijn muil brandde de Hoogpoort totaal af.
Als de nood het hoogst is komt op een bootje “gediplomeerde” ridder Gaspard van ’t Hazennest aangevaren. Deze daagt het dier uit en wijkt altijd maar achteruit tot in het kasteel, waar de hem achtervolgende draak klem komt te zitten tussen de twee torens aan de ophaalbrug. Het zware poorttraliewerk werd neergelaten en de draak zat met zijn nek gevangen waarna onze koene ridder het werk met zijn zwaard afmaakte.
Alles in een pittige, uiterst humoristische wijze beschreven, zodat ik toch de indruk heb dat de auteur wel lichtjes de spot drijft met sommige Temsenaren.
Jarenlange opzoekingen naar auteur Pauwaert leverde niets op tot ik toevallig op Internet Artolexicon, de auteur, vorige maand kon situeren.
Geboren te Gent in 1889 en overleden in 1965.
Talentvol aquarellist van marines en portretten. Humoristisch tekenaar. Academies van Gent en Nottingham (UK) Bevriend met Claus en Permeke. Won talrijke prijzen. Huwde met artieste Rosa Vaerewijck. Naast verzekeraar, regattazeiler, fotograaf en specialist raceboten was hij een zeer verdienstelijk schrijver en stichtte hij in 1923 het maritiem tijdschrift “sur l’eau” waar hij honderden teksten en tekeningen voor maakte. Hij was ook medeoprichter van de “Société Belge des peintres de la mer” in 1932, stichter van het blad “De Wandelaar” en de drijvende kracht in het scheepvaartmuseum en de Belgium Sailing en Yachtingclub.
Intrigerend is dat deze talentvolle duizendpoot zijn Fretalop- boekje begint met voorafgaande zin: “opgedragen aan ’t schoonste meisje van Temse”. Hij scheen dus niet alleen interesse te hebben voor maritieme aangelegenheden en dit onbekende meisje zal de verklaring zijn waarom hij een plezant ondeugend verhaaltje uitvindt dat zich afspeelt in onze gemeente.
Lees hieronder het originele boekje.
Klik op de miniaturen om de volledige pagina te zien.